Hoe beleven de kinderen het zelf?

Kinderen die slachtoffer zijn van kinderarbeid hebben geen goed leven. Ze moeten hard werken voor weinig geld. Sommige kinderen worden zelfs gedwongen om dit werk te doen. Voorbeelden van kinderen die al op jonge leeftijd onder slechte omstandigheden en gedwongen werken zijn: Murugan, Lugo, Iqbal en Andrew.

              Murugan:                                                                              beedies:

Dit is Murugan. Hij was hier 12 jaar oud en hij woonde in India. Hij woonde met zijn familie in een heel klein huisje met maar 1 kamer. Murugan moest gaan werken toen hij 10 jaar oud was. Allebei zijn ouders werkten hard, maar ze verdienden niet genoeg geld om voldoende eten te kopen. Murugan zijn ouders hoorde van een mudlali: dit betekent leenhaai. Een mudlali is iemand die je wat geld leent, maar ze willen het vaak snel terug. De ouders van Murugan leende geld van zo’n mudlali, maar na een week kwam hij al terug om het geld op te halen. De ouders van Murugan konden de lening na een week natuurlijk niet terugbetalen. De mudlali dwong Murugan om bij hem te werken totdat al het geld was terugbetaald. Dit kon heel lang gaan duren omdat Murugan weinig verdiende. Als je een grote schuld hebt bij een mudlali is het mogelijk dat je er tientallen jaren moet gaan werken. Zijn werk was beedies draaien. Dit zijn Indiase sigaretten van bladeren. Hij moest er 2000 per dag draaien. Dit deed hij elke dag van de week en daar deed hij 12 uur per dag over. Naast Murugan werkten er ook nog andere kinderen. Hij mocht hier niet mee praten. De kinderen moesten daarom een aansteker tussen hun kin het borst houden om te voorkomen dat ze toch met elkaar gingen praten. Als de kinderen probeerden te ontsnappen, werden ze geslagen met touwen of stalen kabels, gebrandmerkt of hun benen werden gebroken. Murugan kreeg hulp van een groep vrouwen uit zijn dorp. Ze betaalden met behulp van World Vision de schulden van de ouders van Murugan af. Dankzij deze vrouwen hoefde Murugan niet meer te werken. De ouders van Murugan moesten de overgebleven schulden nog wel terugbetalen aan de vrouwen maar daar konden ze zo lang over doen als nodig was. Murugan zit nu op school. Hij wil graag kleermaker worden. Als hij kleermaker is verdient hij bijna 10 keer meer dan hij deed toen hij beedies draaide. Met zijn verdiende geld wilt hij zijn familie gaan helpen.

 

          Lugo:

Dit is Lugo, hij woont in Bogota in Colombia. Hij is 13 jaar oud en werkt elke dag hard. Hij staat elke dag om 2 uur ‘s ochtends al op de markt om daar groenten te verkopen. Als hij om 8 uur dan weer naar huis gaat zorgt hij voor zijn 7 halfbroertjes en –zusjes. Hij doet het huishouden, kookt en zorgt voor het gezin als een volwassene. Als hij klaar is gaat hij weer naar de markt om groenten te verkopen. De zusjes en broertjes van Lugo zijn allemaal van andere vaders. De moeder kon de zorg niet aan, dus bracht ze al haar kinderen naar familieleden. Toen Lugo 1 jaar oud was, wedr hij naar zijn tante gebracht, die nog armer was dan zijn moeder. Zijn tante zorgt goed voor hem en zorgt ervoor dat Lugo naar school kan. Maar als Lugo 7 jaar oud is komt zijn moeder hem weer ophalen om te gaan werken. Dit deed zijn moeder bij al haar kinderen. Als ze haar kinderen groot genoeg vond om te gaan werken kwam ze hen ophalen.

 Lugo en nog vele andere kinderen hebben nog niet de kans om naar school te gaan. Als iemand vraagt wat de dromen van Lugo zijn, antwoordt hij dat hij daar eigenlijk nooit over heeft nagedacht. Dit komt doordat anderen altijd voor hem bepalen waar hij heen gaat en hoe hij leeft.

 

               Iqbal Masih:

Dit is Iqbal Masih. Hij werd geboren in 1982, in Pakistan. Toen hij 4 jaar was werd hij gedwongen om als kind te werken in een tapijtfabriek. Hij werkte 14 uur per dag voor drie cent per dag. De reden dat hij gedwongen werd was omdat zijn familie geld nodig had. Zijn moeder was schoonmaakster en verdiende slecht. Dan opeens wordt zij moeder ernstig ziek en heeft nog meer geld nodig voor de dure medicijnen. Zijn moeder besloot om een geldbedrag van de eigenaar van de tapijtindustrie te lenen. Iqbal zou het dan terug moeten betalen door middel van werken. Dit is een vorm van een ‘schuld-slaaf’. De eigenaar heeft nu alle macht over de jongen, soms kreeg hij een dag niets te eten. Iqbal is hier natuurlijk niet blij mee en probeert te ontsnappen. Op tienjarige leeftijd lukt hem dit. Hij vlucht naar een bijeenkomst van een organisatie tegen kinderarbeid. ‘Schuld-slaven’ zijn volgens de wet verboden in pakistan maar de wet in Pakistan stelt niet zo veel voor. Niemand houd zich eraan. Iqbal wist niet van deze regel. Bij de bijeenkomst doet Iqbal voor het eerst zijn verhaal, andere kinderen luisteren er naar. Als Iqbal weer terug gaat naar de fabriek is het eigenlijk niet mogelijk om weer weg te gaan. De eigenaar is de baas. Maar toch heeft de organisatie tegen kinderarbeid de jongen weer bevrijdt en nu voorgoed. De jongen werd wereldwijd bekend om zijn strijd tegen kinderarbeid. In 1994 kreeg hij de ‘Reenok Human Rights Award’. Helaas was hij na zijn bevrijding nog steeds niet veilig. Iqbal werd in 1995, op 13 jarige leeftijd vermoord. Hij kreeg schoten in zijn rug met een hagelgeweer. In 2000 kreeg hij alsnog de Wereldkinderprijs voor Rechten van het Kind.

 

                                   Andrew:

Maak jouw eigen website met JouwWeb