Discussie
Antwoorden op de deelvragen:
Deelvraag 1: Wat is kinderarbeid?
Kinderarbeid is zware arbeid die door kinderen verricht wordt, soms door hele jonge kinderen. Deze kinderen moeten werken omdat ze arm zijn en ze hebben geen luxe leven zoals rijke kinderen. Vaak worden kinderen slecht behandeld en krijgen ze weinig geld voor het zware werk dat ze doen. Dit zijn dus geen kleine klusjes zoals de was doen of stofzuigen maar echt keihard werken, de hele dag door, soms nog wel langer dan de gemiddelde volwassene doet. Dit is een groot probleem in de wereld en ook zeer moeilijk aan te pakken, omdat kinderarbeid niet altijd even makkelijk op te sporen is en omdat je niet zomaar kinderen kunt weghalen bij hun ouders of zeggen wat hun kinderen wel of niet moeten en mogen doen.
Deelvraag 2: Wat voor soorten kinderarbeid zijn er?
Er zijn heel veel soorten kinderarbeid. Er zijn veel kinderen die zwaar werk doen en heel lang werken. Niet al het werk wat deze kinderen doen is echt zwaar, maar veel kinderen werken de hele dag door zonder pauzes waardoor het werk steeds zwaarder wordt. Zo heb je bijvoorbeeld kinderen die in huis werken. Dit is geen zwaar werk, zou je denken. Maar kinderen horen dit soort werk niet te doen, omdat ze na een paar uur al zo moe zijn dat ze eigenlijk niet meer door kunnen gaan met het harde werk. Ze zijn nog klein waardoor ze sneller vermoeid raken en eigenlijk meer pauzes nodig hebben. Dit is al helemaal zwaar als kinderen bijvoorbeeld in de landbouw werken. Dit hoort zeker geen werk voor jonge kinderen te zijn, maar alleen voor volwassenen omdat ze dit werk met de hand doen, waardoor het nog zwaarder is.
Deelvraag 3: Hoe was kinderarbeid vroeger en hoe is het nu?
De kinderarbeid vroeger was heel normaal. Elk kind in het gezin hielp zijn moeder met de huishoudelijke klusjes. De jongens waren vooral hun vader aan het helpen op het land. Dit was geen ernstige vorm van kinderarbeid. Er werd namelijk ook gewerkt in fabrieken door kinderen onder de twaalf jaar. Dit gebeurde allemaal in de 19e eeuw. In 1859 werd er onderzoek gedaan over het feit hoeveel kinderen er daadwerkelijk werkten. Het onderzoek telde ongeveer 450 duizend kinderen. De kinderen waren tussen de zes en de elf jaar oud.
Aan het einde van de 19e eeuw kwam er een wet tegen kinderarbeid: ‘Het kinderwetje van Houten’. Niet iedereen hielt zich aan de nieuwe wet. Als men dat deed kon je een flinke boete krijgen of zelfs in de gevangenis belanden. Pas toen er een enquête kwam die gemaakt was door de Tweede Kamer werd de situatie duidelijk in de fabrieken en werkplaatsen. Er was nog sprake van kinderarbeid.
Uiteindelijk kwam er in 1901 een definitief einde aan de kinderarbeid. Met dank aan de invoering van leerplicht. Kinderen tussen de zes en de twaalf jaar moeten verplicht naar school. Nu moet je als kind op je vierde al naar de basisschool en tot je achttiende naar de middelbare school.
Deelvraag 4: Wat zijn de rechten van een werkend kind?
Op 2 september in 1990 kwam er een echt verdrag voor het kind. Het verdrag heet: ‘Verdrag inzake de rechten van het kind’. Jongeren mogen alleen 7 dagen lang werken als ze daarna 36 uur aangesloten rust krijgen. Jongeren onder de 16 jaar mogen alleen werken buiten school en in de vakanties. School mag er niet onder leiden. Ook mag het werk niet gevaarlijk zijn of schade aanbrengen aan de gezondheid.
Als jongeren 7 dagen achter elkaar hebben gewerkt, hebben zij minimaal recht op 36 uur aaneengesloten rust.
Verder mogen jongeren niet in een fabriek werken. Daar is te veel lawaai en staan er machines die gevaarlijk zijn of giftige stoffen kunnen vrijgeven. Te zware voorwerpen tillen of duwen is ook niet toegestaan. Het mag het onvolledig ontwikkelde lichaam van een kind niet zwaar belasten. Achter de kassa mag vanaf 16 jaar gewerkt worden. Vanaf je 15e mag je kranten bezorgen.
Deelvraag 5: Hoe beleven de kinderen het zelf?
Kinderen die elke dag werken voelen zich niet goed. Dit komt doordat ze elke dag moe zijn door het zware werken. Hierdoor zijn ze vaak ziek, maar moeten ze toch doorwerken van hun baas. Als ze niet komen krijgen ze straf. En dit zijn geen straffen zoals strafregels schrijven, maar ze worden geslagen, geschopt of misbruikt. De kinderen zien geen toekomst voor zich omdat ze daar nog nooit over nagedacht hebben. Ze denken alleen maar aan werken om te eten. Sommige kinderen weten niet eens wat school is, omdat ze er nog nooit zijn geweest, maar de meeste kinderen die werken op jonge leeftijd werden na een tijdje van school gehaald door hun ouders omdat hun ouders ze dan oud genoeg vinden om voor een inkomen te zorgen. Deze kinderen weten dus wel hoe school is en missen het om daar heen te gaan, maar dat mag niet meer.
Deelvraag 6: Hoe wordt kinderarbeid bestreden?
Er zijn vele organisaties die bezig zijn met het wegwerken van kinderarbeid, zoals Unicef, Save the Children en ChildRight. Deze organisaties houden zich specifiek bezig met het bestrijden van kinderarbeid. Ze hebben veel geld om het probleem een beetje aan te pakken, maar er zal nooit genoeg zijn. En geld is niet alleen de oplossen van het probleem. Om ervoor te zorgen dat kinderarbeid voorgoed uit de wereld verdwijnt zal iedereen samen moeten werken om dit voor elkaar te krijgen. Misschien kan dit gebeuren door geen kleren meer te kopen die door kinderen zijn gemaakt, maar dat kun je nooit zeker weten, omdat de kinderen vaak aan de andere kant van de wereld zitten. Voorlopig zal kinderarbeid in ieder geval niet verdwijnen, omdat er zo veel kinderen zijn die werken en omdat er geen makkelijke oplossing te vinden is.
Deelvraag 7 en antwoord op de hoofdvraag: Wat is er anders aan de kinderarbeid in Azië vergeleken met in Afrika?
Het verschil tussen Azië en Afrika is alleen al de bevolking. In Azië wonen meer mensen. Maar dit is niet een reden voor het feit dat kinderarbeid meer voorkomt in Afrika dan in Azië. In Afrika komt armoede veel meer voor dan in Azië. Veel meer kinderen werken daar ook in de informele sector. Ook zijn er in Afrika meer kindsoldaten en werken kinderen in de mijnbouw. In Azië werken veel meer kinderen op straat, in huis, in de landbouw en industrie. Prostitutie komt je ook meer tegen in Azië dan in Afrika. In Azië werken kinderen meestal in een tapijtindustrie omdat de ouders geld lenen en de kinderen het dan moeten terug verdienen. In Azië heb je dus meer te maken met schuldslavernij. Dit zijn duidelijke verschillen tussen kinderarbeid in Azië en kinderarbeid in Afrika. In Afrika komt kinderarbeid meer voor.
Maak jouw eigen website met JouwWeb